1. |
ÉÉN
02:41
|
|
||
Zweetdampen van te lang doorgebakken vleeshompen
Je hart kan amper door de stemmenmassa heen pompen
Dwaallichten die elkaar kruisen maar niet tegenkomen
Je dempt de impressies met je koptelefoon
Je sluit even je ogen, voelt je hoofd leeglopen
Je geeft je over en wordt door de stroom meegenomen
Je hoort stemmen zingen in de verte, je drijft ernaartoe
Kinderen spelen in het water,en kijken nu toe
Ze voelen als de jouwe, ze helpen je bouwen
Samen onder één dak na het scheppen van vertrouwen
Liefde zonder conditie hangt vormloos in de ether
Rust, geen lust, geen kader of graadmeter
De warmte constant, consequent en zonder grenzen,
Je hoort jezelf denken: waar ben ik beland?
Dit moet de hemel zijn, een soort eeuwenoud regenwoud
Dat alles wat overleden zou zijn in leven houdt
Je wordt meegesjouwd, door die kleintjes, ze tillen je boven zich uit
Gedragen op handen, en voeten lopen vooruit
Met de besluitvaardigheid van een kinderlijk instinct
Ze houden één vinger in de lucht, voor de lichtrichting
Je blikt volgt, omhoog, nu lijk je te zweven
En ziet hoe klein de wereld is, wanneer je kijkt naar beneden
Een gestalte staart in de diepte, iemand aan de overkant
Een wederzijdse herkenning, vaag, op een afstand
Als een dans, gelijkmatig, elke stap dichterbij
En tegelijkertijd beseffen jullie, dat ben jij niet dat ben ik
|
||||
2. |
1+1=ÉÉN
02:50
|
|
||
ÉÉN intentie ÉÉN essentie
ÉÉN frequentie ÉÉN eminentie
ÉÉN identiteit en geen referentie
ÉÉN kenners zien de grens niet tussen mens en MC
Je hebt me nodig, ook al zie je me niet
Het gaat je vooral om m'n rol in de muziek
Je hoeft me niet te kennen, soms ben je weleens eenzaam
Dan zoek je wat herkenning, ook al ben je niet aanspreekbaar
En daar ben ik voor, een stukje binding
Al beweegt het verkeer maar in één richting
'T voelt verlichtend, doelgericht, ogen doe je dicht
Focust je gevoel op mij, de rest boeit je niks
Effe of je afgezonderd, zonder angst, je overgeeft
Effe of je even niet verloren kansen overweegt
Offert alles op om een moment met me te delen
Dankbaar voor de voeding die ik je geef
Niet alles is wat het lijkt
Je voelt een afstand, maar alles ligt in je bereik
Want jij bent de artiest, je ziet me in het publiek
Er zijn geen grenzen wanneer ik luister naar je muziek
|
||||
3. |
Me Eigen
03:54
|
|
||
Hoe gaatie nou? Gaatie kut?
Is alles goud? Ben je blut?
Laat me leven, laat me los
Kijk naar me eigen, ennuh…
Lame lekker, lame los, lame leven
lame leven, lame los, lame lekker
Wij doen onze eigen plaat, eigen baas eigen studio
Eigen grafische plaatjes eigen video’s
We laten zaken niet knagen aan een ideaal
Die fouten laten we over aan een idioot
We doen niet aan een contract, dat vind ik dubieus
Hoe kom je aan je contacten, het is curieus
Laat de pret niet verpesten maar ben serieus
Heb geen tijd om te kletsen is me eigen keus
Heb geen zin om te stressen over bladibla
Vermindert m’n interesse denk ik laat maar gaan
Ik doe dit ding voor de liefde jongen, ga maar na
Laat me zweven met de spanwijdte van een adelaar
Zie, ik liet 't me raken als door Cupido
Muziek, het biedt de potentie, als m'n libido
Tussen de graaiende handen, kreeg het niet kado
En bleef het onderste stokje van de Mikado
Hard lerende mannen, noem me studieus
Wat leer ik er van? Ik ben niet furieus
Eigenwijzige plannen worden zere neus
Bedrijvig aan de veranderingen, rigoureus
Ontwijk de pijpen behendig van een platenbaas
Cult-rap en de rest daar heb ik maling aan
Als kindje ondergeschoven net als Afrika
Maar ik heb medelijden niet nodig, ik heb stamina
|
||||
4. |
Geen Zweet (met Kim)
04:28
|
|
||
Ey, je hebt je angst niet in bedwang
Zoekend naar een uitweg in plaats van een ingang
Spanning, dysthemie, depressie
praatsessies, 't helpt niks
Dus zeg 't s, huh, leg 't s uit
Ben je opgefokt door opgekropte kopzorgen?
En morgen is als de vorige dag
Die smaakt als melk uit een bedorven pak
De klagende buren, de baas en z’n kuren
De dagen, de uren, die jarenlang duren
Geen zweet, ik weet wat er in je omgaat
Praat niet over karma voordat -ie omslaat
Het lot staat in de sterren vast
Wat je nu niet snapt dat herken je straks
Geen... zweet
Wat je nu niet snapt dat herken je straks
Denk niet al te veel, doe maar rustig
Laat wat nu niet wil, even rusten
Even luchten… Hou die rust.
Geen zweet, al zit t vaak tegen
Voor een week zonnestralen moet het maanden regenen
Je wilt muziek maken, moet je zaken regelen,
Voor die weg naar succes moet je straten tegelen
Maar vaak vergeten we waar we vandaan komen
Ergens halverwege, je kent die taferelen
Vele komen draken tegen, plaaggeesten
Om het verleden te vergeten moet je t een plaats geven
Leef en laat leven, chill en doe relax
We killen voor een snack, slikken pillen voor de seks
Die hebberige modegrillen in de rap
gaan om hebben wat je wilt. Probeer te willen wat je hebt
Al is t niet veel, is t alleen wat het is,
wat het was en kan zijn is in het nu niet van betekenis
We leren werkwoorden vervoegen
maar nemen niet met de tijd van tegenwoordig genoegen
|
||||
5. |
Nooit Alleen
03:31
|
|
||
We zijn één samen, niet eenzaam
|
||||
6. |
Gladde Praatjes
02:15
|
|
||
Schatje, ik wil alleen een praatje maken
Ik begrijp ‘s avonds laat is het gevaarlijk op de straten
Dus weet je wat, ik loop wel even met je mee
Zodat geen onbekende viezeriken kleven om je heen
Ik stel me effe voor tussendoor |
Ahab is hoe ik heet, jij bent? (heet?)
Ik lul niet veel over mezelf, alleen wat nuttig is
Ik ben een rapper, ik maak graag nummertjes
Plus, ik vertel het er maar bij,
eerlijk, ik heb geen vriendin, jij?
Kijk niet zo boos, je kan wel lachen, zie je?
Wat zijn je dromen, je plannen, je fantasieën?
Wat vind je lekker in de keuken, kebab?
Of hou je meer van bonen en ballen gehakt?
Ben je muzikaal? Ik gok van wel
Jij haalt wel zwoele klanken uit een fluit en een klokkenspel
Ja, dat vind je leuk
We kunnen nog uren samen liggen, in een deuk
Oeh, wat zie ik nou zeg
Doe je vest dicht, gek dat je het zo koud hebt
Kom, schiet op, voordat je nat wordt
Of vang je graag dikke druppels op als een spatbord
Oh, hier woon je? Nee, je gaat te vlug
We gaan nog weleens neuke dingen doen, ik kom terug
|
||||
7. |
Vraag en Aanbod
02:58
|
|
||
Welkom op de markt van vraag en aanbod
Wie is de beste bieder? Zie je, zo raak je verkocht
Niet kort door de bocht in een gesprek één op één
Het draait niet om seks alleen, maar eromheen
Ik onderneem een stap, we doen beleefd
Al wordt er meer gezegd dan onze conversatie toegeeft
Die blik in je ogen, die volzinnen spreekt
Smeekt om de dingen die je man niet in m heeft
’t is oké, ben je bang voor wat anders?
Die Chakra, je voelt m branden van verlangen
Spanningen en angsten, ik wil ze wegnemen
Laat me je nek strelen, masseer die plek even
Doorzie je seksuele fantasieën
Is dat je vriendin? We kunnen spelen met z’n drieën
Wat jij wilt, het blijft onder ons
In een reis onderzoek ik heel je lijf met m’n tong
Kom, drijf met me, zwem in de wierook
Ontdek je plekje, verkennen het hier ook
Hoogspanning, we maken contact
Je wil je aan me vastklampen en samen verdampen
We dansen in trance, beland in een cadans
Van standen veranderen we
Neem je taille in m’n handen, kantel je, leg je op je buik
Je verwart wat je hoort, wat je ziet en wat je ruikt
Zintuigen vervagen. In zwoele dialecten
van de lichaamstaal, voeren we vloeiende gesprekken
Gloeiende plekken, je woelt met je bekken
Ik voel je bedoelt je einddoel te voltrekken
Minuten rekken, versnellen, vertragen
Laat de Ki-energie pompen door je aderen
We naderen, verzadigen, vergeet te ademen
Tot we gezamenlijk….
|
||||
8. |
Slapeloos
03:25
|
|
||
Turend in de leegte, teken ik figuren
Is er geen knop op de TV van de benedenburen
Hoor de muren praten, uren vertragen
tot de nachten langer duren dan de dagen
Ik moet de huur betalen, zorgen voor morgen
Toch ik hoor ze in m’n hoofd, verborgen onder m’n sloop
Ik donder in slaap, wil m’n val breken,
herken die nachtmerrie, kom de hele stal tegen
Half negen lesgeven, gek, geen gestress
Toch die wekker checken, even tegen zessen even weg
Opeens is m’n geest van z’n plek
alsof een afgrond me door het bed naar beneden trekt
Wil ik m’n been gestrekt of gebogen?
Te heet onder m’n deken en te koud erboven
Gezogen in een draaikolk van m’n gedachtestroom
Opstaan alsof ik slaapwandel in een dagdroom
Te vol gevulde gedachtes, in het holst van de nacht
Dus ongeduldig wacht ik af
Net een celstraf, uit het zicht van het licht
Onbewogen oogleden sluiten zich
Flitsen van schimmen, fictieve spinsels,
verzinsels, of het ligt niet zo simpel?
Impulsen verbogen, scherpte verdwijnt
Bewerkte werkelijkheid, maar zonder filterend vermogen
Eelt op m'n ogen, blindstarende blik
In een misselijkmakende staat raak ik verstrikt
'T is chaos
Complete plannen, schema's, scheppen alleen maar obstakels
Ik laat 't los
Functioneer als een half mens en leg me daarbij neer
Een gesloopt karakter
Dagelijks ritme: off-beat. M'n biologische klok loopt achter
|
||||
9. |
Dromenjager
02:31
|
|
||
Ik was een dromenjager, wilde over daken rennen
Niet slapen of schapen tellen, maar draken temmen
Als de gebroeders Leeuwenhart, eeuwig had ik energie
Maar wie nu m'n meter ziet die belt de Wegenwacht
Die onuitputtelijke levenskracht
Verdwenen in een nacht die ik vergeten mag
Wanneer ik dan de scherven opraap is het te laat
De schade al berokkend, de daken afgebrokkeld
De draken afgezonderd in de grotten van mezelf
Brandend diep van binnen, kotsend van mezelf
De afbraak, afkickend van illusies
Als ik me afvraag, wie of wat de spiegel nu ziet
In een ruzie met m’n zelfbeeld, ik ben in wederhelften verdeeld
We vergaten wie we waren
Verdwaalde idealen die niemand herinnert
Scherpte verminderd, als in de verte
Een flinterdunne lijn tekent m’n belevenis
De liefde verliest z’n kracht en z’n betekenis
We weten niks, we leven één ogenblik
Dat in een flits al vergeten is als het verlopen is
M’n ogen dicht, als ik licht zoek in duisternis
Mens zijn is een smoes, en we misbruiken dit
Nu de duivel weer thuis is in z’n fruit’s klokhuis
zijn we getuigen van hoe Pandora’s box ontluikt
‘T lukt niet een levensloop in lijnen op m’n hand te lezen
In wezen kan ik niks voorkomen of genezen
Geen wegen zonder pech en zorgen
Ben als een eendagsvlieg een leven onderweg naar morgen
|
||||
10. |
Basisschool
01:05
|
|
||
Ik mocht naar dat feestje. Ik was niks niet kalm
Springend als een wild paard in z’n stal
We zaten in groep zes met meester Paul
En al m’n vriendjes waren ook op haar, dat wist ik al
Sophie heette ze, zo licht en smal
Met dat gevoel alsof je hart uit je ribben knalt
Ging naar binnen zag ‘r met ‘r lippenstift en al
Schitterende glinsteringen van de discobal
Ze was een droombeeld met de juiste lichtinval
Ik dacht als ik m’n angst overwinnen zal
Dan is er kans op een dans. Het is niks of alles
Schuifvoetend kwam ik op ‘r af, ze knikte half
Let op je tellen want de maat is vol
We zetten shows neer sinds de basisschool
Scheef met de petten, we gaan way back
Met een rap-cassette en een tapedeck
Laid back in die rap, maar hype als hyves is
En toch oldskool als MiamiVice is
Is Paajtje erbij, dan geheid dat t nice is
M’n crew’s ill, groen/geel als maïs is
|
||||
11. |
Pestkop
06:00
|
|
||
Op de basisschool was ik al een pestkop
Zocht de jongen afgezonderd van de rest op
Hé jij, met je gekke pet op, geef me al je bubbelgum EN je trekdrop.
Ik was een rotjoch met een rotkop, rot op gaf je een rotschop, als je me opzocht
Vocht op 't schoolplein, pijn aan het eind rochelde ik ook nog op je wondvocht
Oké je was de lul, maar iedereen kan veranderen
Dus ook ik dacht, het is tijd... voor een andere
dus pakte ik je vriend, dat had ie niet verdiend
Dus je stapte op me af op je dapperste dag dacht je als je
alsjeblieft riep, kapte ik misschien.. Ja... Dat dacht je dan misschien
En ook m'n antwoord was: Misschien...
En misschien dat 't anders was als ik niet de dag erna z'n voetbalkaartjes had gezien
Jij gaf ‘m Van Basten, een ware verademing
De laatste van z’n op naam gesorteerde, geplastificeerde kaartjesverzameling
Tranen in z'n ogen, hij was als een te enthousiast gehanteerde camera, bewogen
Niemand nog had het gevaar geroken, alleen ik, hoe toevallig
Het was de geur van... verbrande voetballers
Ik hield m'n aansteker in de aanslag Kill-en-attack tactiek, effectieve aanpak
Meteen raak, met één smak klapte die tegen de vlakte
En ik pakte rustig z'n kaartjes op terwijl -ie naar lucht snakte
Een kring om ons heen keek toe hoe de akelige vlammen
Hun weerspiegeling vonden op z'n waterige wangen
Na een preek van de mees en een hoop ja en nee meneer kreeg ik een week schorsing
Dat was m'n straf
Ik probeerde een pruillip te forceren, maar je las de glimlach er vanaf
Ik nam de rol aan van de onbegrepenene in het ‘niemand-begrijpt-mij-spel’
In 't begin was m'n vader nog boos maar toen ontstond gerede twijfel
Einde van de week wist ik beide ouders over de streep te krijgen
zodat ik m'n maandenlang beoogde nieuwe BMX-bike kreeg, uit medelijden
Opnieuw naar school, ik was er klaar voor, ik racete de straat door
Het zijaanzicht van m'n trapper leek op een hevig bewegende ventilator
De heersende dictator, op wielen
Dwars door rood licht tijdens de ochtendspits, ik dacht nog: ah, zo ontstaat een file
M'n hart ging tekeer als een debiele, volop adrenaline
M'n iele lichaam stond op springen als een verroeste trampoline
Ik zag al voor me hoe m'n klasgenoten m'n nieuwe aanwinst zouden aangapen
Met mij als de showman, zo van: kijken, kijken, niet aanraken
Ik vloog de zijstraat in, om de hoek wachtte m'n school
Plotseling, een figuur, vlak voor m'n neus, dus toen trapte ik vol op m'n rem
'Godver, de godver, kan je niet kijken uit je doppen!?'
Hij keek me strak aan, onverschrokken
Ik zag dat-ie 3 koppen groter was, dus ik wilde niet te lang stoppen
En ging met een bocht om hem heen, als een held op zweetsokken
Maar toen voelde ik een terugwaartse kracht ontstaan, vanuit de capuchon op m'n rug
M'n fiets reed door... Maar ik bleef hangen in de lucht
Hij zette me voor zich neer, ik had 't gevaar nog niet gerokenTotdat -ie tegen me zei: Dus jij hebt m'n broertjes kaartjes in de fik gestoken?
Ik riep: Nee, dat was ik niet. Hij zei die smoesjes ken ik al
Ik voelde een brok in m'n keel ter grote van een tennisbal
Hij leek zich te verheugen om me met een paar breuken de verkreukeling in te beuken
En zo de spreuk van m'n jeugdige vreugde te verneuken
'Leuk he?', kwamen de woorden dreigend uit z'n mond
Terwijl -ie met z'n hand in m'n nek de helft van m'n gezicht had vastgelijmd aan de grond
Ik hoorde m'n botten kraken als aan het einde, van een vinylplaat die doorloopt
De tennisbal in m'n keel had zich verplaatst naar m'n voorhoofd
Hij wees naar m'n fiets en zei: 'Dat ding van jou neem ik mee oké?'
Opzoek naar stoere woorden hoorde ik mezelf schreeuwen: NEEEEEEE!
Hij wreef m'n schedel over de stenen en had me volledig in z'n macht
Het voelde alsof m'n kop door de straattegels werd verkracht
Ik krijste van de pijn en jankte: 'Laat me met rust!'
'Hou 'm maar, je mag 'm hebben...' Hij slaakte een zucht
Liet los en verdween. Trappend op m'n trots
M'n enige wens was dat die dag niet meer bestond
Strompelde naar huis, kroop onder het dons
Snotterend werd m'n kussen omgedoopt tot een spons
Alle hoop verloren, behalve de hoop getroost te worden
Door m'n ouders na het horen van m'n troosteloze woorden
Maar nadat zij mij uithoorden, schepten ze ondanks mijn opgewelde tranen
Wat extra kolen op de vlammen van m'n hel op aarde
Ma was pissig omdat ik weer eens in een gevecht terechtgekomen was
En pa gaf nog een mep op m'n tennisbal omdat m'n fiets gestolen was
Het was een nachtmerrie die niet stopte, volop in galop
Met een gebroken hoefijzer, kwam ik er ooit nog bovenop?
Er leek een zuur mensenleven verstreken
toen de bel ging, tegen een uur of negen
Ik zat in m'n kamer toen m'n vader binnenkwam
En vroeg: Ken jij die jongen in de gang?
Trillend van angst sloeg m'n fantasie voortvluchtig op hol
De overvaller van vanmiddag was veranderd in een moordlustige trol
Vond ik in de gang mijn ondergang? Was m'n tijd nu aangebroken?
Had hij met z'n neus m'n angstzweet van mijlenver geroken?
Nee... wat ik daadwerkelijk aantrof ging alle verwachtingen te boven
Het was niet de overvaller die was gekomen om me van m'n leven te beroven
Het was z'n broertje, m'n klasgenoot, die me overviel
En hij had m'n fiets meegenomen, daar stond-ie, zo gloed als nieuw
Instinctief griste ik de fiets uit z'n vingers als een dief van m'n eigen portemonnee
Ik keerde 'm de rug toe... Stopte toen even
En draaide me toch maar om, ik moest het weten en vroeg: Waarom?
Hij stond in de opening van de deur voordat-ie 'm sloot en zei: daarom
|
||||
12. |
de Regel van Beleefdheid
03:27
|
|
||
Je mag niet spugen op m’n microfoon
Je mag niet zweten in m’n koptelefoon
|
||||
13. |
|
|||
14. |
Reik Uit
03:03
|
|
||
Reik uit naar je
Niet één vinger pakken, pak de hele hand maar
Deze vuist op deze vuist
Als Ome Willem, we overwinnen onze angst
Als we binden en van binnenuit beginnen te veranderen
naar een nieuw bewustzijn
De dag dat we niet langer op ons ego belust zijn
Berust zijnde op lucht
Als je wil kan je m'n rug op. Dat bedoel ik niet lullig
Gun je me hulp en verdubbel het draagvlak
Pak je geest beet en grijp je aandacht
We zijn één, baby, je weet het
Na de Val van Atlantis ben je het vergeten
Voor het inzien, moet je kunnen kijken
Ik ken je, herken je jezelf in mij?
Ik reik uit, strek, pak een hand vast
Alles draait om z’n as, zonder handvat
Raps als een zelfportret op canvas
die van binnen resoneren, als een klankkast
Ik reik uit als een landschap
Ga voor die lange afstand, ga niet plankgas
Was bang voor de afgang, stap van die angst af
Blaffende honden in je mand, af
M’n ego brandt af, vangt klappen, dan keer ik
Niet m’n wang af, althans dat probeer ik
Hoe meer ik er voor doe, hoe minder ‘t lukt
Hoe meer ik ‘t zoek, des te minder vind ik geluk
Stuk, doodop, loop op m’n tandvlees
Tegen de kloof op, pak de rand beet
Ik reik uit, naar jou, naar houvast
Ik hou vast, snap ‘t en laat los.
Reik uit, naar m’n hand
Pak ‘m beet, hier, je kans
|
||||
15. |
Tijdgeest
04:24
|
|
||
'T wordt je voorgeschoteld door de autoriteiten
We leven in de tijd van de polariteiten
Kies je partij, laat je leiden
Geniet van je vrijheid aan de schaduwzijde
Mijd het contact met dat wat onbekend is
Hou jezelf klein
Denk niet verder na
Nee, dat zou te erg zijn
Zwart wit, arm rijk
Links rechts, goed slecht
Duister licht
Uitersten, jij... ik
We blijven verdeeld
Meer dan ooit leven wij in 't wild
En het einde wordt toebedeeld
aan een ieder die krijgt wat-ie...
Je krijgt wat je wil. Wat je wil, je krijgt het
Je krijgt wat je wil. Wat je krijgt , je wilt het
Niet meer en niet minder, niet te weinig niet te veel
Dat wat je ziet is wat je krijgt, wat je krijgt is wat je wil
De bijproducten van een waanbeeld
gesmeed tussen hamer en een aambeeld
Lever je aandeel, krijg wat je wil,
bereik wat je wil, vooral niet te veel
blijf anoniem, wijk niet te veel af,
Val niet te veel op want anders zeiken ze je af
Stel je voor, dat is de hel voor je
Buiten de schaduw is ’t te helder voor je
Geteisterd door de tijdgeest
Verdrijf ’t en zie wat je prijsgeeft
Is er vrijheid ontwikkel je die pleinvrees,
omdat je liever opgesloten met je pijn leeft
De generatie die kloven overbruggen zou,
maar nu liever Babylon over andermans ruggen bouwt
We gaan over lijken om wat te bewijzen?
Wie gelijk heeft, die hoeft ’t niet te krijgen
|
||||
16. |
Wat je Wil
04:05
|
|
||
Ik weet niet wat je wil van me
Ik weet niet of dit liefde is in jouw visie
maar ik zie dit als een cyclus van foute energieën
Zie je liever vliegen, baby, zie 't niet verkeerd
We hebben alles geprobeerd
Maar bij elke vlucht kom je telkens terug
op hetzelfde punt, wat je niet ontkennen kunt
Hoe we stuntelen is schattig te noemen
maar er is te weinig tijd dat ik je schatje kan noemen
Hoe je los wilt zijn van alle boeien vind ik boeiend
maar zoek je dan naar binding, dan verdoe je je tijd
En ik de mijne, dat is zonde voor ons beiden
Beiden zijn we beter af zonder dat ik bij je ben
Ik weet niet wat je wil van me, laat me leven
In topvorm, zonder kopzorgen tot morgen
Maar geldt hetzelfde voor elke dag,
is het dan een paradox? Vraag je ’t jezelf af?
Je snapt toch? ’T hangt van jezelf af
Dus hang niet van alles aan me op, ben niet je kapstok
Ik bedoel ’t goed, ik voel ’t goed
Ben een heleboel te noemen maar niet koeltjes van bloed, nee
En dat weet je, laten we zweven
Kom met me mee, even geen blikken naar beneden
Baby, soms zitten we niet op één lijn
ook als we het niet eens zijn, zie dan dat we één zijn
|
||||
17. |
|
|||
Afstand is relatief noch absoluut
Het spreekt zichzelf tegen, als het al iets zegt überhaupt
Ik ben niet langer moe eerder slaapdronken
Van de zeeën van tijd die me werden geschonken
Als een geschenk hebben wij elkaar de ruimte gegeven
De rust tussen de planeet en de astronaut
Vol van de maan, haar halve glimlach is vertrouwd
En ze fluistert: welkom thuis
|
||||
18. |
Laat Maar
13:11
|
|
||
Spaar m’n adem, ik aanvaard ’t
Verplaats ’t zwaartepunt en hou het draagbaar
Laat maar, al die monden bedaar 's
Geen zweet , ik weet, ik leef breed zonder salaris
Wonderbaarlijk, terend op m’n taalknobbel
Een soort dromedaris. Of was ’t een kameel?
Wat is ’t verschil? Niet veel, zijn we allemaal één?
Niet individueel, niet een deel van het geheel, maar het geheel
en niet minder. Waarom is alles zo simpel?
De uitvinder van het leven is er één zonder rimpels
Ik vind ons achter de drempel van m’n tempel
Ik denk al… laat maar
Laat maar, ik ben al klaar, laat me
Doe niet blah blah, neem 't me maar kwalijk
Ben niet aanhalig, ben niet haatdragend
Maar onberekenbaar. Lijk ik kwaad? Aardig?
Vaak vraag ik naar de onbekende weg
Dan ben ik praatgraag en ben ik volop in gesprek
Als het m'n interesse prikkelt dan, want naarmate
ik dezelfde dingen honderd keer hoor, vind ik het maar matig
Kenner van de maatstaven
Maar ontken ze liever, laat dat laatste dagen
Wat de laatste dagen spraakmakend wordt geacht,
zoals de financiële crisis, doet me draaien in m'n graf
Wat gaat er in ons om, wie houdt ons in hun macht?
Als in deze tijd alleen aan ons salaris wordt gedacht
Dan maak ik me weer druk om alle drama
En keer ik terug naar het begin en denk ik… laat maar
|
||||
19. |
|
Streaming and Download help
If you like Kern Koppen, you may also like:
Bandcamp Daily your guide to the world of Bandcamp